ISABEL / PUBLIC & PRIVATE
VERZAMELDE INFORMATIE
collected information
SCHETSEN
sketches
PRESENTATIES / ONDERZOEKSMETHODEN
presentations / research methods
REFERENTIES / KUNSTENAARS
references / artists
ROTTERDAM
- Accelerating Rotterdam: stad in versnelling. AIR & ZUS 2000
- Laboratorium Rotterdam: decode space. Nieuwe perspectieven op de publieke ruimte. 2007
- Het ontwerp van de openbare ruimte. 2009

STADSPLANNING
urban planning
- De flexibele stad; oplossingen voor leegstand en krimp. NAI 2013
- Connect; design for an empathetic society. BIS 2013
- Vernieuwing van de stadsvernieuwing. Trancity 2013
- Stedelingen veranderen de stad. Trancity 2013

FILOSOFIE
philosophy
- Flesh and stone; the body and the city in western civilization. Richard Sennett 1996

KUNST IN PUBLIEKE RUIMTE
art in public space
- Publieke kunst. Ina Boiten. 2001
- Morf #16: De publieke ruimte. 2011

OVERIGE
different subjects

OPEN CAHIERS NAI + SKOR:
- #8 (On)zichtbaarheid; Voorbij het beeld in kunst, cultuur en het publieke domein. 2005
- #11 Hybride ruimte; Hoe draadloze media de publieke ruimte mobiliseren. 2006
- #14 Kunst als publieke zaak; Hoe kunst en haar instituten de publieke dimensie opnieuw uitvinden. 2008
- #15 Maakbaarheid:Hoe geef je vorm aan de samenleving van de 21ste eeuw? 2008
- #19 Voorbij Privacy; Nieuwe opvattingen over het publieke en private domein. 2010

- In het oog van de orkaan; Nederland in transitie. Jan Rotmans 2012




Morf #16 2011 - De publieke ruimte
- Zygmunt bauman: Buiten elkaars bereik

Zygmunt Bauman is socioloog van beroep en werkt in Engeland. In zijn werk heeft hij het veel over de westerse samenleving:
-globalisering
-buitensluiten van 'de ander'
-groeiende tegenstelling tussen arm en rijk
-individualisering
-gebrek aan morele verantwoordelijkheid

Vanaf 200 heeft hij een reeks boeken gepubliceerd onder de naam: Liquid times: living in age of uncertainty.

Dit artikel is hoofdstuk 4 uit deze publicatie
'out of touch together'
Hekken verdelen uniforme ruimte in een 'binnen' en 'buiten'. De rijken creëren vrijwillig een gebied. En de minder bedeelden worden gedwongen naar de slechtere delen. Steden worden zo gesticht om hun inwoners zo veilig mogelijk te laten leven. Zo worden steden tegenwoordig eerder in verband gebracht met gevaar. De focus ligt op het jezelf beschermen. Dit is ook een hoge prioriteit geworden bij het zoeken naar een woning. De factor 'angst' is toegenomen bij het inrichten van steden volgens Nan Ellin. Dit zorgt op zichzelf weer voor een gevecht om stedelijke ruimte. Amerikaanse architecten houden zich vooral bezig met het uitsluiten van potentiële boos doeners. Deze zogenoemde 'verboden zones' werken als scheiding voor ongewenste bezoekers. Het is niet bedoeld als ontmoetingsplaats om de communicatie te vergemakkelijken of inwoners bij elkaar te brengen.
Steven Flusty, architecturale en bouwkundige criticus, heeft het ook over 'verboden zones'. Plaatsen waar je als hangjongeren niet kunt staan door sproeiers of hoge tonen. Randen die te schuin zijn om op te zitten. Deze zones geven vaak de grens aan tussen verschillende gebieden en stadswijken.
Vreemdelingen moeten hun hele leven samen zien door te brengen. De stedelingen kunnen van deze gemixte samenleving profiteren en hier kansen in zien. Stedenbouwkundige hebben veel tools in handen om deze mix te bevorderen, maar daarentegen kunnen zij er juist voor zorgen dat de fobie erger wordt.
Snel winst behalen is hier de grootste oorzaak van. Zodra er te erg wordt gefocust op het gevaar van vreemden wordt het samenleven met hen steeds moeilijker. Door in een homogene gemeenschap te gaan wonen en je af te sluiten voor de stad lijkt deze stad alleen maar meer gevaarlijk. Zo blijft het gevoel van angst sterk. Voor het bevorderen van mixofilie zou openbare ruimte een oplossing kunnen zijn. Mensen kunnen elkaar ontmoeten op deze plekken en hun horizon verbreden. Deze versmelting kan alleen tot stand komen door gedeelde ervaringen. Steden laten onze mondiale problemen zien, maar zij kunnen juist het proefstation zijn voor de oplossing om samen te leven met elkaar op deze steeds meer overbevolkte planeet.
BRONNENLIJST
bibliography

Labratorium Rotterdam: decode space

AIR Rotterdam pleit voor een nieuwe kijk op de inrichting van publieke ruimte. Niet alleen economisch, veilig en schoon, maar ook multifunctioneel. Het bij elkaar brengen van iedereen.

Het bureau ZUS heeft de vraag gekregen om het experiment met ruimte aan te gaan. Zij hebben drie ontwerpbureaus aan drie locaties gekoppeld.

1. Andries Geerse & Johan de Wachter
Metrostation Maashaven

2. Powerhouse Company
Metrostation Slinge

3. Studio Popcorn
Metrostation Dijkzigt

Potsdammerplatz is onderhevig aan privatisering. Je mag hier geen instrument bespelen. Één van de vele onzichtbare regels. Dit roept de vraag op hoe we publieke ruimtes kunnen analyseren en decoderen als veel onzichtbaar is. Vroeger bestond er nog een zuivere publieke ruimte

Veel publieke ruimte wordt steeds meer privaat. In NYC hebben ze van veel gebouwen de begaande grond open gesteld als publieke ruimte. Zo kreeg de stad in korte tijd er heel veel publieke ruimte bij.

Transparantie in de stad oogt als het samensmelten van publieke ruimte. Maar deze ruimten zijn vaak privaat. Er moeten allianties gesloten worden om opnieuw naar ruimtegebruik te kijken en deze weer publiek te maken en controleerbaar in stand te houden.

In Rotterdam zijn er veel festivals. Grote lege plekken roepen dit soort organisaties op. Nog steeds is er tijdens de evenementen veel scheiding van publiek en privé door plaatsing en sponsors.
De flexibele stad

De noodzaak tot een nieuwe manier van ruimtelijk ontwikkelen is evident. De ruimtelijke ontwikkeling in NL stagneert en de structurele leegstand van vastgoed en bouwrijpe grond neemt toe. Daarmee komt de leefbaarheid in onze dorpen en steden onder druk te staan.

Flexibele gebiedsontwikkeling is ontwikkeling gebaseerd op een conditie van permanente tijdelijkheid. Door niet langer in één keer te ontwikkelen, maar geleidelijk en in kleine stappen, ontstaat de wendbaarheid die past bij deze tijd. Door niet langer vanuit eindbeelden, maar juist met startbeelden te ontwikkelen, wordt de stad weer toekomstbestendig en flexibel.

Kansen voor ontwerper:
Crisis vraagt om herdefinitie van het vakgebied van ontwerper: kan de ontwerper ook initiatiefnemer of ontwikkelaar zijn?
Impasse vraagt om onorthodoxe, creatieve oplossingen, bij uitstek de toegevoegde waarde van de ontwerper.
Veranderende opgave (hergebruik, co-creatie ed.) vraagt om specifieke ontwerp expertise.

Instrumenten voor een flexibele stad met het oog op ons project:

- Co creatie
Betrekken van alle betrokken partijen zodat zij iets waardevols hebben als de ontwikkelaars vertrekken. De kenmerken van co-creatie zijn gelijkwaardigheid van de deelnemers, het vroegtijdig vaststellen van gedeelde belangen, enthousiasme, focus op resultaat, openheid en vertrouwen.
Daarbij hebben de meeste gebruikers geen professionele ontwikkel achtergrond en zullen ze ook in hun eigen belang goed begeleid moeten worden. Daarom is ondersteuning door deskundigen belangrijk. De procesbegeleider heeft een cruciale rol en moet conflicten voorkomen om voortgang te garanderen.

- Schaalverkleining
Bijstellen van de maat van een project zodat deze past bij de natuurlijke maat van de plek.
Naast betere mogelijkheden voor contextueel maatwerk leidt projectontwikkeling op kleinere schaal tot een gevarieerder aanbod. Zo wordt het ontwikkelingstraject wendbaarder en is het gemakkelijker reageren op onverwachte gebeurtenissen.

- Close reading
Close reading is erop gericht om vanuit aanwezige kwaliteiten tot nieuwe vormen van gebruik te komen, zodat grote investeringen achterwege gelaten kunnen worden.

- Pop-up
Ingreep die een tijdelijke behoefte aan ruimte voorziet. De duur is niet eenduidig en hangt af van het perspectief. Snel en goedkoop voorzieningen realiseren.

REFLECTIEDOCUMENT
reflection document
Stedelingen veranderen de stad
Mariska van den berg

Onderzoek naar 30 initiatieven in binnen- en buitenland van interventie tot projecten die de publieke ruime aantrekkelijk maken voor gebruik en verblijf. Soms worden lokale netwerken geactiveerd om de herontwikkeling in de wijk te stimuleren. Hierbij gaat het steeds om kleine groepen mensen of bewoners die vanuit een behoefte de situatie in de stad verbeteren.

Bij deze case studies wordt een parallel gelegd met het concept van Big Society in Groot Brittannië. Daar blijken de bottum-up initiatieven eigenzinnige vormen van actief burgerschap in het teken van sociaal-maatschappelijke en publieke waardes.

De opkomst van een participatiesamenleving van een verzorgingsstaat gebeurd al tijdens de kabinetten balkenende (2002-2010). Vanuit het oogpunt dat sommige dingen vaak alleen door burgers op te lossen is en emancipatie en zelfredzaamheid. De economische crisis speelt hier ook zeker een rol in. Het Verwey Jonker geeft een ander perspectief op het fenomeen door de termen burgers- en burgerinitiatieven niet te gebruiken en te richten op 'zelforganisatie'. Dit onderzoek naar zelforganisatie geeft aan dat dit sociaal ondernemen drijft op intrinsieke motivatie, samenhang met de omgeving, samenhang met de omgeving, autonomie en creativiteit. We gaan af op een hernieuwde civil society beweging. De wijze waarop dat invulling krijgt en hoe de overheid en andere institutionele spelers zich gaan opstellen is nog onduidelijk.

De publieke ruimte speelt een belangrijke rol bij deze bottum-up evenementen. Tegen de stroom in van privatisering, beveiliging en vercommercialisering.
Er is nog steeds veel doorzettingsvermogen nodig om deze initiatieven van de grond te krijgen. Het wordt bij de ondernemers duidelijk dat er veel regels zijn verbonden aan de openbare ruimte en dat de beslissingsmakers overtuigt moeten worden. Zo komt ook ter discussie waren we zo weinig inspraak hebben op publieke ruimte. De stedelijke vernieuwing wordt geheel van bovenaf bepaald waardoor economische belangen voorrang krijgen.

Vormen van groepen:
Buurtbewoners, kunstenaars, ontwerpers en activisten zijn vaak initiatief nemers. Door de koppeling te maken met het initiatief, de uitvoering en het beheer lijd dit tot sterk gemotiveerde groepen. Dit draagt bij aan de sociale cohesie en nieuwe sociale verbanden op een plek. Het doelt vaak op gezamenlijkheid, is informeel en dynamisch, gericht op doen en biedt ruimte voor experiment. Vaak werkt het goed als er naast wachten op vergunningen gewoon een begin wordt gemaakt met een project. Zo wordt een plek levendig en bied het mensen de kans zich aan te sluiten. Vloeiende interactie kwam voornamelijk door fysieke aanwezigheid (palm leather) aanspreekbaarheid en continuïteit van het programma.

Co-creatie en social design ontstaat door de samenkomst van kunstenaars, ontwerpers en bewoners. Door samen te werken of workshops te geven lijden zij de vormgeving in goede banen. Het resultaat ontstaat tijdens het samenwerkingsproces en staat niet vast. Hun eigen ideeën en kennis over de plek geeft nieuwe perspectieven.

GEEF OM DE JAN EEF
Project dat is opgezet door bewoners om de Amsterdamse Jan Evertstraat nieuw leven in te blazen. In de opgerichte vereniging zitten bewoners, winkeliers, vastgoed eigenaren en andere belanghebbenden.
Er komt een koopzondag als pop-up event in 7 leegstaande panden. Niet alleen op economie gericht komen er ook andere events: straat voetbaltoernooi en een theater-filmfestival.

De kerngroep en het stadsdeel hebben steeds overleg over financiën en vergunningen. Ook krijgen ze steun van woningcorporaties, wijkondernemers en een bank. Deze steun staat steeds onder druk. Hierdoor wordt nagedacht over eigen bezit. Er is deelgenomen aan een onderzoeksreis omtrent community trust.

HEESTERVELD CREATIVE COMMUNITY
Eva de Klerk wordt aangesteld om in een woonblok in Amsterdam zuidoost een broedplaats te maken. Ze stelt de voorwaarden dat ze zich laat leiden door de reeds bestaande dingen in het gebied. De community die wordt opgezet bestaat uit oude en nieuwe bewoners. Zij zijn betrokken bij het beheer en ontwikkeling van het gebouw.

Van de 87 woonruimtes wordt er 1 bestempeld als 'H75' : een gezamenlijke ruimte die wordt geprogrammeerd voor publiek van buiten. Er komen kunststudenten te wonen, nieuwe bewoners, muziekanten, producers en dichters.

Het betrekken van de community bij omliggende collectieven en de openbare ruimte is nog niet gelukt. Wel wordt er discussie gevoerd over de toekomst van het gebied in de raad van bestuur.

HUSTADT PROJECT
Architect en beeldend kunstenaar Apolonija Šušteršic is gevraagd om binnen de stedelijke vernieuwing een voorstel te doen voor een kunstproject. Het start op als een participatief project, maar mond uit in locale zelforganisatie door de bewoners en sociaal-maatschappelijke organisaties. Bewoners zijn ontevreden over het niet worden betrokken in de stadsvernieuwing. In samenwerking met Aktionstream, die verenigingen bij elkaar brengt, wordt er een tijdelijk paviljoen gebouwd op het plein.
De plek biedt twee jaar ruimte aan experimenten. Van workshops tot filmprogramma's. Het stadsbestuur stelde deze aanpak niet op prijs. Met de informele aanpak zijn veel partijen bereid zich in te zetten.

Aktionstream maakt een voorstel voor een permanent paviljoen. Hier is geen toestemming voor door geld tekort. Door fondsenwerving krijgen de bewoners en de kunstenaar het voor elkaar het paviljoen op te zetten. Sinds de opening in 2011 wordt het kosteloos in stand gehouden door de bewoners. Zij willen het budget voor onderhoud van openbare ruimte koppelen aan hun werkzaamheden.
In het oog van de orkaan

Het helen van verbindingen gebeurd samen. Dit komt niet enkel van binnen uit, maar ook van buitenaf.
- Naast de centrale hogere macht die verticaal en hiërarchisch werkt ontstaat er een horizontale beweging. Initiatieven komen vanuit burgers.
Open #15 Maakbaarheid
Mark schuilenburg
Het ontregelend doorzicht van assemblages

De scheiding tussen publiek en privé bestaat al eeuwen maar is tegenwoordig niet meer zo statisch.
Foucault duidt aan dat macht in zichzelf niets is. Ze wordt geproduceerd in relaties tussen berschillende punten. Vanuit verschillende instituten wordt sociaal gewenst gedrag aangeleerd (school, ziekenhuis, gevangenis, werk). Het beeld van de bevolking ontstaat zo in gescheiden ruimten. Deleuze en Guattari noemen dit bewegen in een gegroefde ruimte. Deze ruimte maakt tegenwoordig plaats voor een gladde of open ruimte. De publieke ruimte is een meer open en dynamische manier voor controle. We lijken hier vrij te zijn, maar we houden ons bewust en onbewust aan de opgelegde regels.
Vernieuwing van de stadsvernieuwing

Ontwerpers kunnen de rol op zich nemen van matchmaker of verbinder door middel van ontwerp. Met opzet zijn er vier bureau's gekoppeld aan vier probleemwijken. Allemaal komen zij uit het buitenland. Zonder veel kennis te hebben van de maatschappelijke agenda in Nederland hebben zij een interessante bijdrage geleverd. Zij hebben hun ontwerp als een verhaal gebracht. Dit zorgt ervoor dat ze hiermee een start maken met het ontwikkelingsproces. De kracht van het ontwerp ligt bij het opwerpen van discussie. Deze kan iets toevoegen aan het ontwerp of deze aansterken. Het is een strategisch instrument geworden waar steeds informatie aan toegevoegd kan worden.

Het is van belang goed te kijken en de situatie te analyseren. Het ontwerp moet inspelen op bestaande situaties, de potentie van deze situaties en de kracht die rond die situaties spelen.

Aanbevelingen:
1. Lees de stad in zijn gelaagdheid
2. Werk aan een strategisch ruimtelijke agenda
3. Stel interventies centraal
4. Verbreed het vakmanschap
5. Zoek de dialoog